Rastamannen en bewaakt pizza eten - Reisverslag uit Georgetown, Guyana van Nathalie Verlinden - WaarBenJij.nu Rastamannen en bewaakt pizza eten - Reisverslag uit Georgetown, Guyana van Nathalie Verlinden - WaarBenJij.nu

Rastamannen en bewaakt pizza eten

Door: Nath.

Blijf op de hoogte en volg Nathalie

29 April 2011 | Guyana, Georgetown

In de wachtruimte van de luchthaven Zorg & Hoop in Paramaribo zitten, op mij na, enkel mannen. Grote, flinke mannen met rasta´s tot in de knieholten, zwarte anonieme zonnebrillen en, zo te zien aan de witheid, splinternieuwe gympen. Hun bagage is op z´n minst dubieus te noemen. Grote kisten, stevig verzegeld met meerdere hangsloten, die door minimaal twee personen worden binnen gesleurd. Er mag per persoon maximaal 15 kilo aan bagage mee aan boord van het kleine toestel van Gum Air, maar een dame van Customs lijkt na een uurdurend verhoord door de vingers te kijken wanneer de mannen aangeven dat ze “fishing and camping gear” bij zich hebben, al zie ik zelfs met mijn ogen dicht nog dat dit (illegale) goudzoekers zijn met kisten vol kwik en edelmetaal.

De vlucht is weinig relaxt. Ik geloof echt dat we te zwaar beladen zijn met al die corpulente heren en hun ongewone equipage. Soms zakken we ineens meters terug richting Aarde, waarbij ik zowat een rolberoerte krijg. Ik krijg zelfs de drang een schietgebedje richting “iets daarboven” te richten. De laatste keer dat ik dat deed was toen ik “twee stomme bobbels onder m’n T-shirt” begon te krijgen die ik (toen nog wel) verfoeide. Nou we weten allemaal hoe dat is afgelopen.. Enfin, we landen uiteindelijk vlak buiten Georgetown waar de douane precies wil weten wie ik ben, wat ik kom doen, of ik misschien een paar zakken coke in m´n tas heb verstopt, waarom ik zo licht reis met enkel 1 rugzakje (dat doen vrouwen toch normaal nooit), waarom ik op m´n teenslippers loop als ik hier voor business ben en welk boek in mijn handbagage zit. Kortom: alles is verdacht. Mijn zorgvuldig ingepakte backpackje moet open en terwijl de rastamannen lachend mijn luchtige katoenen slips goed in zich opnemen zie ik hen vrolijk door de schuifdeuren de luchthaven verlaten. Zo maar, zonder dat iemand iets aan ze vraagt, haast hun nek brekend met hun loodzware containers. Overal hangen bordjes “declare your mercury here”. Mijn tas wordt dus leeg gekieperd door corrupte, verrotte douaniers.

Men had me van te voren gewaarschuwd. Guyana is een heel ander land dan Suriname. Er bestaat politieke en economische verdeling tussen de Afro-Guyanezen en de Indo-Guyanezen die het grootste deel van de bevolking vormen, er is veel meer armoede, het verkeer is een puinhoop, en criminaliteit vind je op iedere hoek van de straat. WWF Guyana had voor mij een hotel geboekt op loopafstand van hun kantoor, maar er wel bij vermeld dat ik voorzichtig moest zijn. Laat je mobieltje diep verstopt in je zakken en bind je rugzak om je middel, luidde het devies. Omdat ze in Guyana dol zijn op mantelpakjes en deftig schoeisel op kantoor, loop ik klikklakkend op m´n hakken en in m´n kokerrok met m´n laptop op m´n rug vastgeriemd naar kantoor, zwervers waarvan hun derde been de buitenwereld begroet en luidruchtige toeterende bussen ontwijkend. Ongeveer de helft van de mannen die ik ’s ochtends om 7 uur tegenkom is dronken en/ of zwervend, loopt met kleurige opblaaszwembanden om hun middel, zeven mutsen op hun hoofd en PET-flessen aan elkaar geregen als ketting verdwaasd rond, in het kruis graaiend of überhaupt met de piemel uit de broek en that’s more than I can handle en al helemaal voordat ik koffie op heb. Laten we het zo zeggen, ik zal nog al op. En hier geen vrolijk en vriendelijk “Hé meisje, mag ik met je meewandelen” of “Je ziet er mooi uit hoor, schatje” zoals in Suriname, maar louter vuile blikken en penissen.

Mijn collega's hier zijn ontzettend aardig en zorgzaam. Een van de Guyanese consultants waarmee ik samenwerk heeft me meegenomen langs diverse instanties en overheidsinstellingen om me kennis te laten maken met de stakeholders en zij met mij. Zo heb ik een goed beeld gekregen van wie er aan het project meewerken en heb ik wat achtergronden kunnen geven. Ook heb ik wat van de stad kunnen zien, maar onder het mom Ik-denk-mijn-camera-nog-vaker-nodig-te-hebben-dan-alleen-vandaag , zijn hier geen foto´s van.

Verder valt hier iets op, ieder gebouw en elke hoek van de straat wordt bewaakt. Er is veel strijd tussen de bevolkingsgroepen die niet met elkaar mengen zoals dat wel meer in Suriname gebeurd en die culture clashes bereiken hun hoogtepunt tijdens de verkiezingen die ook dit jaar worden gehouden dus de mensen moeten in toom worden gehouden. De bewakers variëren van oudere gezette dames met een zusterschort voorgeknoopt die zuchtend en puffend hun hoofd deppen met een zakdoekje (niet echt om bang van te worden) tot atletisch gebouwde Afrikaanse militairen in blauwe pakken en baretten, met strak geveterde legerkistjes en mitrailleurs stevig tegen de borst geklemd (wel om bang van te worden). Ook zie je zakenlui die uit hun enorme SUV´s stappen om even een pizza te gaan halen, met aan weerszijden een kleerkast met oortje die schichtig om zich heen kijkt. Tja, is dat dan allemaal echt nodig..

De mensen op straat zijn veelal boos en driftig en al helemaal als ze achter het stuur zitten. Er wordt flink gescholden en lelijke gebaren uit raampjes gemaakt. De koeien en geiten lopen hier gewoon over de weg, ze trekken van berm naar berm en veroorzaken flink wat frustratie en chaos wanneer ze plots besluiten om met de hele kudde over te steken. De ambulance rijdt hier af en aan en verkeersslachtoffers vallen er velen. Het gegeven dat er iedere maand zo´n 1000 auto´s bijkomen op de Guyanese wegen voorspelt weinig goeds. Toch zijn er ook nog steeds veel mensen die niets ophebben met een stuk blik op vier wielen. Zij vervoeren hun goederen en familieleden nog steeds met paard en wagen. Het is wellicht overbodig te vermelden dat zij de meeste middelvingers krijgen.

Op de terugweg naar Paramaribo word ik bij mijn mouw gegrepen door een medewerker van de luchthaven. Ik mag voorin zitten naast de piloot! Dit keer ben ik in goed gezelschap van een groepje Nederlandse, Surinaamse en Belgische stedenbouwkundigen die de piloot hebben gevraagd of hij wat lager en dichter langs de kust wil vliegen en hij gaat in op dit voorstel. Ik heb een perfect zicht op de piloot die af en toe aan een hendeltje trekt of op een knopje duwt, z'n nagelriemen terug duwt, pingt met z'n Blackberry en in z'n neus peutert. Daarnaast heb ik ook een super view over de coastal plain die door een systeem van dijken en drainage kanalen wordt beschermd, de natte rijstvelden, de suikerplantages die de Hollanders ooit aanlegden met hun efficiënte rechte paden en irrigatiekanalen. Ook hier hebben we de boel gekolonialiseerd en onze sporen nagelaten. Laat dat dijken bouwen en efficiënt landgebruik maar aan ons over.

En ook nu blijven we ons nog graag bemoeien met dit land, zo blijkt. In het vliegtuig zitten ook twee Nederlandse mannen met dikke buiken, roze huidjes en rode kakbroeken. Typisch neokoloniale figuren, lekker profiteren (dat gevoel kreeg ik er meteen bij althans). Ze vragen me wat ik hier precies doe en vertel dat ik met WWF Guianas werk aan een Living Planet Report met hierin de status van de biodiversiteit, de bedreigingen voor de drie landen voornamelijk door menselijk handelen (zoals de goudmijnen, overbevissing, houtkap, vervuiling) en het belang van het behoud van de ecosystemen omdat ze allerlei services bieden zoals het verschaffen van drinkwater, voedsel en medicijnen, het reguleren van ziekten en het bescherming van de kustlijn. Ik eindig mijn verhaal met: Nou en dit rapport gaan we internationala verspreiden naar overheden, bedrijven en beleidsmakers en hopelijk kunnen we zo de natuur behouden en de natuurlijke hulpbronnen beschermen zodat we er in de toekomst ook nog van kunnen genieten. Waarop de man antwoord: Nou, ik ben diegene die al die bomen hier kapt. Ai, we waren snel uitgepraat. Zo, nu weten jullie ook in een notendop wat ik hier eigenlijk aan het doen ben.



  • 29 April 2011 - 15:57

    Nathalie Verlinden:

    Ik loop nog steeds gruwelijk achter met mn verhalen. Mijn Guyana-blog klinkt misschien wat negatief, maar is natuurlijk slechts gebaseerd op vier dagen. Is er ook iets positiefs te melden over dit land? Jawel! De binnenlanden zijn werkelijk schitterend met de Kaieteur Falls als 1 van de hoogtepunten, mijn WWF- en Universiteitcollega's zijn fantastische mensen en ik heb begrepen dat Georgetown een bruisend uitgaansleven heeft, maar daar heb ik vanuit mijn hotelkamer niet veel van meegekregen.

  • 02 Mei 2011 - 22:52

    Krisje:

    He Nath, nou zo te zien ga ik maar niet naar guyana alleen, toch een beetje gevaarlijk. Wel tof dat je naast de piloit mocht zitten dat maak je niet gauw mee, maar om dan gelijk te aanschouwen hoe zo'n piloot neuspeuterend die paar knopjes bediend dat valt dan toch ff tegen. Niks nie zo'n bink vn.piloot haha. X

  • 03 Mei 2011 - 20:03

    Anet:

    Ha Lieverd,

    Ik heb je laatste reisverhalen nog niet gelezen. Ga ik binnenkort doen zodat ik weer helemaal bij ben. De vorige waren erg vermakelijk. Kijk nu al uit naar al het nieuws. Wanneer kom je weer naar Nederland. Heb zin om je te zien. Om bij te kletsen. Gezellig in de tuin, lekker kneuterig. Geniet er nog even van en laat je weten wanneer je er weer gaat zijn.

    Liefs xx anet

  • 08 Mei 2011 - 09:38

    Margot:

    He Aaltje,
    Klinkt allemaal weer erg fantastisch girl. Ik geniet nog steeds met volle teugen van je verhaaltjes! Wanneer ben je weer terug? Vandaag, morgen???

    Xje

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Guyana, Georgetown

Nathalie

Actief sinds 18 Jan. 2011
Verslag gelezen: 794
Totaal aantal bezoekers 22560

Voorgaande reizen:

15 Februari 2011 - 15 Mei 2011

Het nuttige en het aangename combineren

Landen bezocht: